Leer ik het dan nooit?

Dit is echt een wanhoopskreet. In mijn presentaties over mijn eigen autisme vertel ik meestal dat men bij ons thuis vroeger vaak tegen mij verzuchtte: wat voel jij je weer miskend! Zeker, dat voelde ik mij ook. Ik had vaak het gevoel dat ik niet gezien werd, niet op waarde geschat, niet meetelde. Of dat allemaal klopt, weet ik niet want daar heb ik nooit een goed werkende antenne voor ontwikkeld. Alleen wist ik dat vroeger nog niet. Vandaar mijn grote behoefte aan bevestiging (die nooit voldoende bevredigd lijkt te kunnen worden…).

Nu, in mijn huidige leven loop ik er opnieuw keihard tegenaan. Ik heb een soort allergische reactie op bepaald gedrag uit mijn omgeving waardoor mijn stressniveau uit het dak gaat en mijn hinderlijke behoefte aan primair (ondoordacht) reageren mij meer schade berokkent dan het even laten bezinken en er eventueel later op terugkomen.
Ik word bijvoorbeeld heel erg narrig als een wandelvriendin mij omslachtig probeert uit te leggen wat het verschil is tussen gedrag en emotie. Uhm, ik ben opgeleid tot psycholoog, weet je dat niet? Is dit deel van mijn identiteit niet zichtbaar of waardevol? Wie ben ik eigenlijk voor jou?

Zo kan ik legio meer voorbeelden noemen. Ik kan niet teveel in detail treden over situaties waar ik nu mee te maken heb, maar ik loop er fors tegenaan en ik voel mij nu soms met mijn rug tegen de muur staan. Aangezien ik binnenkort samen met een team een presentatie moet verzorgen, moet ik hier heel snel, turbosnel zelfs, een oplossing voor zien te vinden. Maar welke en hoe?
Een van de mogelijkheden is mijn uitsteltolerantie op te rekken en eens niet direct te reageren. Vaak helpt dat wel.
Maar toch: mijn standaardreactie op zo’n gebeurtenis is er eentje van grote frustratie. En ook mijn frustratietolerantie kan beter…

Dus moet ik de aanpak van therapeut Nico maar weer eens van stal halen. Wat kan deze mij leren?
Eerst de ‘gifzinnen’ zien. Deze luiden: ‘zie je wel: ik word weer niet gezien, ik tel niet mee‘. Ik duik daar gewoonlijk onmiddellijk op door aan te geven dat ik mee wil tellen. Vaak is de toonzetting van mij dan een grimmige correctie op wat er gezegd of gedaan is. En daarmee maak ik geen vrienden. Ik weet het en ik wil dat ook helemaal niet zo doen. Tijdens mijn coaching, gisteren, kwam dit onderwerp ook aan de orde. Daarbij vertelde ik onder meer dat ik zo graag mijn warme betrokken kant door een ander wil laten ervaren. Of dat wel eens gebeurde? was de tegenvraag. Nou nee, nauwelijks. Ik ben eigenlijk heel warm, betrokken, zorgzaam en vriendelijk. Ik kan als voorbeeld alleen situaties verzinnen tijdens vakanties. Ik denk dat dit situaties zijn waarin mijn vakantiegenoot en ik allebei in een nieuwe nog ongedefinieerde situatie zitten, een situatie die is losgezongen van vastgeroeste gewoontes en verwachtingen. Maar, misschien vergis ik mij deerlijk en zien anderen deze kant van mij heus wel (alleen wordt dat niet voor mij waarneembaar bevestigd…).

Als ik me gepasseerd, miskend of anderszins niet gezien voel, moet ik eerst een stap terug doen, en me afvragen: klopt die observatie? Daar heb ik toch de ander voor nodig, om dat te checken? Die is er niet altijd en dan moet ik een poos in onzekerheid leven. Dat is moeilijk…. Ik kan er natuurlijk ook een oefenexperiment van maken. Het gedrag van alle kanten bekijken, dus mij afvragen wat de bedoeling van het gedrag kan zijn. Dus, als iemand vertelt dat hij/zij veel ervaring heeft met presentaties, niet denken ‘ik óók, weet je dat niet, telt mijn ervaring niet mee?‘. En daarmee de rivaliteit dreigen aan te gaan. Nee, natuurlijk! Dus wat moet ik dan?

Ik zou dit kunnen incasseren zonder verder gemopper en op een passend moment gewoon vanuit mijn ervaring een suggestie kunnen doen. En als we het niet eens worden, streven naar een zodanige vrijheid dat we het persoonlijke deel van een verhaal kunnen invullen naar eigen voorkeur (we moeten ons er wel prettig bij voelen). Waar het een algemeen, gezamenlijk deel betreft, is het wel belangrijk dat we ons er allemaal in kunnen vinden.

Maar, eigenlijk begint de ontsporing bij de emotie die het gedrag dus bij mij oproept: ik word niet gezien en ik tel niet mee. En dan kom ik weer terecht bij mijn onvervalste negatieve zelfbeeld met mijn ‘gifzinnen’ waarmee ik dat dan zelf bevestig. Hoe krijg ik dat er nou eindelijk eens uit? Door te kiezen voor camouflage: soms kan dat toch een adequate oplossingsstrategie zijn. En dan mezelf belonen met een zegeltje als dit mij een keertje lukt. Dat lijkt een pleister op de wonde (of misschien wel meer: wondjes kunnen genezen…). En als ik dit nu publiceer wil ik niet dat men mij omslachtig gaat belonen of bevestigen omdat ik daar nu eenmaal zoveel behoefte aan heb. Ik heb daar wel een gevoelige antenne voor helaas… Dat is me te min. Ik moet het zelf doen!

Zo! Dat uitschijven helpt, geeft wel veel verlichting en – eigenlijk – heb ik hiermee ook wel weer een zegeltje verdiend. Nu de toepassing nog 😉.


Terug naar blogs